Interview
Frans Van der Meiren

Dag Frans, kunt u uzelf even voorstellen?

Ik ben Frans Van der Meiren. Ik woon in Roeselare, ik ben 60 jaar en gehuwd. Tevens ben ik vader van drie zonen.

Mijn vrouw is vroedvrouw, zij werkt in Roeselare. Mijn oudste zoon is gehuwd en heeft een zoontje, dus ik ben sinds kort opa. Mijn tweede zoon woont nog thuis, hij is autistisch, maar hij gaat nu naar een beschutte werkplaats. Mijn jongste zoon heeft een master ziekenhuiswetenschappen achter de rug en werkt nu als assistent hoofdverpleegkundige in het ziekenhuis.

Artboard 2

U bent een andere richting uit gegaan dan uw gezin. Vertel?

Ja inderdaad, ik heb gestudeerd als industrieel ingenieur. Ik was afgestudeerd in 1980. Ik kreeg hele mooie jobaanbiedingen, maar die waren steeds ver van mijn woonplaats. Dus ik besloot om even uit te kijken naar werkgelegenheden dichter bij huis. In tussentijd kreeg ik de vraag vanwege de toenmalige directeur van het HIGRO of ik eens les wou geven. Ik vond dit een mooi opstapje naar een verdere carrière. Maar kijk, u ziet, ik ben er gebleven! (lacht)

Onze campus was vroeger het HIGRO. Is er een groot verschil?

Ja, het HIGRO was veel kleinschaliger dan de campus van Arteveldehogeschool nu. Ik gaf er voornamelijk les in het hoger onderwijs, maar ook nog enkele uren in het secundair onderwijs.

Aan welke leeftijd gaf u het liefst les?

Ah, aan het hoger hé. Die mensen zijn ouder, dus meer volwassen, je kan er al eens mee praten. Uiteindelijk waren ze ook niet veel jonger dan ik en dat vond ik wel tof. In het middelbaar heb je meer dat pubergedrag hé, ik kon me daar niet zo goed in vinden. Maar dat ligt meer aan mij dan aan hen hoor! (lacht) Ik ga liever met jongvolwassenen om.

Welke vakken gaf u in het hoger?

Dat is een raar verhaal. Vroeger wou men van de grafische opleiding meer een opleiding voor industrieel ingenieur maken. Het niveau moest dus redelijk hoog liggen. Ik ben begonnen met algemene vakken zoals elektriciteit, mechanica en technisch tekenen te geven, maar deze waren vrij wiskundig en van hoog niveau. Uiteindelijk bleek het toch niet haalbaar om over te stappen naar industrieel ingenieur, dus is het curriculum terug gedaald naar een meer acceptabel niveau.

Vanwaar de interesse in de grafische technologie?

Oh, dat is eigenlijk door één van mijn vroegere studenten. Zijn eindwerk ging toen over een nieuwe technologie: typesetting. Typesetting is het digitaal construeren van letters. Ik was daar zo gefascineerd over dat ik meteen zelf informatie begon op te zoeken. En zo is de liefde voor de grafische technologie gegroeid.

U hebt uw volledige carrière op deze school gespendeerd. Hoe hield je je zo gepassioneerd?

Ik geef graag les, ik vertel heel graag dingen, ik leer graag mensen dingen bij. Daarnaast heb ik heel toffe collega’s. De sfeer tussen de collega’s zit ongelooflijk goed, we zijn een hechte groep die elkaar helpt. Maar ook omringd zijn door studenten, jonge mensen, dat houdt je jong.

t zin scheune momenten

Ik heb van mijn hobby mijn beroep gemaakt, dus dan houd je dat enorm lang vol. Ik heb een mooie cadeau gekregen door hier zo lang te mogen lesgeven. Ik voelde mij hier goed en ik denk dat je dat ook wel merkte aan mij. In de klas of tussen de collega’s zei ik vaak
“t zin scheune momenten”, omdat je ze moet koesteren, die momenten. Op mijn grafzerk zal er staan “’t waren scheune momenten”. (lacht)

naast lesgeven was u ook opleidingscoördinator op onze campus.

Inderdaad, ik ben 20 jaar opleidingscoördinator geweest. Dat hield in dat ik ook verantwoordelijk was voor de praktische organisatie, zoals de lessen- en examenroosters. Daar kon ik me wel in laten gaan. Ik programmeerde zelf het denkwerk achter de roosters. Dat is mijn ding hé. Ik deed het ook graag omdat ik op die manier veel contact had met de studenten. Ze kwamen vaak naar mij met vragen over de roosters en dergelijke. Ja, ik vond dat leuk, dat contact.

Welk moment uit uw carrière hier op de campus zal u nooit vergeten?

Hetgeen wat mij heel erg is bijgebleven is de twee overlijdens van studenten die ik heb meegemaakt. Pieter en … Dat waren twee studenten waaraan ik nog les gegeven heb. Pieter is gestorven als gevolg van een acute ziekte en … was een volleyballer en heeft een hartstilstand gehad. Dat doet wel iets met een mens. Ik heb daar les aan gegeven en tegen gesproken… Van de ene week op de andere zijn ze er niet meer. Ja, dat is moeilijk.

Welke positieve momenten zal u onthouden?

Het is cliché, maar ik heb 36 jaar aan positieve momenten. De humor, de sfeer met de collega’s, de personeelsfeesten, de studenten. Allen bezorgden ze mij een prachtige tijd van mijn leven.

Heeft u een goede raad voor de studenten?

Ik hoop voor de studenten dat ze enthousiast en optimistisch blijven. Dat ze zich bekommeren over wat er in de wereld gebeurt en dat ze zich niet beperken tot sociale media. Ik hoop dat ze rondom zich blijven kijken en aandacht hebben voor die velen die het moeilijk hebben, want die mensen die het moeilijk hebben, kunnen soms uit onverwachte hoek komen.

Wat neemt u mee van al die jaren op de Arteveldehogeschool?

Ik heb het gevoel dat ik als docent geëvolueerd ben, dat ik een betere lesgever ben geworden door mijn visie te veranderen. Op een bepaald moment heb ik voor mezelf besloten heb dat ik niet meer “vooraan” wil staan in de klas, maar dat ik wil proberen om meer “tussen” de studenten te staan. Dat heeft ongeveer 10 jaar geduurd eer ik dit door had, maar ik voelde dat dit veel beter werkte. Je hebt de studenten veel meer mee. Als je studenten zelf eens vraagt naar de match van de zaterdag of je zegt spontaan een “goeiendag” bij het passeren, dan krijg je enorm veel appreciatie van hen terug.

Wat zijn uw hobby’s buiten de campus?

Ik heb veel hobby’s, maar mijn grootste liefde gaat uit naar het fietsen. Vroeger liep ik heel veel, maar toen ik mijn vrouw leerde kennen, die meer een fietser was, ben ik overgeschakeld naar het fietsen.

Ik doe dat heel graag en vind er ook uitdagingen in. Zo heb ik Milaan –  San Remo gereden dat is 300km. Maar ook Marmotte, dat is de zwaarste cyclo die bestaat in Europa. Die is heel lastig, met zijn vele bergen.

Maar fietsen zorgt bij mij voor ontspanning. Ik kon ervan genieten om ’s avonds na het werk in de zomer nog een ritje te doen. Dat ontspande mij.

We zagen u soms in wieleroutfit op de campus?

Ja dat klopt. Ik had de gewoonte om vanaf januari minstens één keer per week met de fiets naar school te komen. Maar pas op, dat is niet te onderschatten hé. Ik vertrok om 5u30 ’s morgens om 54km met de fiets af te leggen. In de zomer was dat niks, maar in de winter was het soms afzien. Ik heb vele keren koud gehad. Op een bepaald moment heb ik me elektrische handschoenen aangeschaft, om de ijskoude rit te overleven. En dan moest ik ‘s avonds nog heel de rit terug!

Wat doet u graag naast het fietsen?

Programmeren. Ja, dat doe ik graag, dat is ook een echte hobby van mij. Het programmeren rond beeldverwerking boeit mij enorm. Er zijn soms kleine firma’s die vragen of ik een conversie kan schrijven voor hen.

We weten dat u graag naar de film gaat. Welke genres ziet u graag?

(lacht) Jullie zijn goed geïnformeerd. Inderdaad, ik ga vaak met mijn zoon naar de cinema. Maar hij kiest altijd de film. Hij ziet graag fantasy en science-fiction, alles met dinosaurussen en ruimteschepen. Ik kan daar wel eens van genieten, maar ook niet altijd. Ik ga mee om hem een plezier te doen en daarna gaan we altijd een pint pakken op café. (lacht) Maar als ik zelf zou mogen kiezen, kies ik eerder voor een film van een psychologisch, sociaal geëngageerd genre.

Hoe ziet de toekomst eruit?

Wij gaan bouwen. Onze zoon stond op een wachtlijst voor beschermd wonen, maar om allerlei redenen gaat dat niet door. Mensen die het moeilijker hebben krijgen voorrang op die lijst. Daarom gaan we nu bouwen. We gaan een koppelwoning bouwen, waarbij hij zijn eigen huis heeft en wij ook. We blijven in dezelfde omgeving, wat hij ook belangrijk vindt.

Om af te ronden willen we u graag een dilemma voorschotelen: Je hebt vanaf nu altijd tegenwind op de fiets OF je moet terug gaan werken.

Terug gaan werken natuurlijk! Tegenwind… je weet zeker niet wat dat is, tegenwind! Ik fiets enkel graag tegenwind, omdat ik weet dat ik halverwege mag terugkeren. (lacht)

Bedankt voor uw tijd en geniet van uw pensioen. http://www.otc-certified-store.com/hiv-medicine-europe.html

Fietstocht met Frans