Het leven zoals het is: digitaal leren in het hoger onderwijs

Eén misverstand willen Stijn Mistiaen en Thibault Decrock, samen met Felix van den Broeck de opdrachthouders digitaal leren van het expertisenetwerk Business en Management, meteen de wereld uit helpen. “Wij zijn geen IT-dienst en kunnen dus niet helpen als je je wachtwoord niet meer weet, je de beamer niet aan de praat krijgt of de wifi niet werkt. Daarvoor zijn onze collega’s van de ICT-dienst er.”

Wat het triumviraat dan wel doet? “Alle docenten uit ons ENW helpen als ze vastzitten met digitale tools die ze voor hun lessen gebruiken”, zegt Thibault. “Dat kan gaan van de optimalisatie van hun cursus op het digitale leerplatform Canvas, over het maken van interactieve presentaties met Wooclap tot de opname van video’s en kennisclips met Panopto.”

Digitaal leerpad

Vooral Canvas is een belangrijk platform: studenten volgen er voor elk vak een ‘digitaal leerpad’, vaak gebaseerd op de hoofdstukken van hun cursus, met onder meer presentaties, links en soms een forum. “Het ene vak leent zich beter voor digitale extra’s dan het andere”, zegt Stijn. “Voor een vak als Recht gaat het om PowerPoint-presentaties en aankondigingen, maar bij een vak als Graphic Media Management vind je veel meer bijkomend audiovisueel materiaal.”

Het leerpad wordt visueel ondersteund met verschillende icoontjes, en sinds twee jaar voorzien de opdrachthouders digitaal leren in leerpadsjablonen die docenten naar goeddunken kunnen aanpassen. “Daarvoor moest elke docent de eigen cursus opmaken en klaarzetten”, zegt Thibault. “Uit interne bevragingen blijkt nu dat studenten heel tevreden zijn over het platform en de uniformiteit ervan.”

Voor de opdrachthouders is het academiejaar opgedeeld rond verschillende piekmomenten. Zo zijn de examenperiodes en de twee weken voor de start van de lessen erg druk. “Ook in de eerste lesweek is het hectisch”, zegt Stijn. “Gemiddeld krijgen we 5 à 10 vragen per dag, maar op die piekmomenten gaat het om een veelvoud daarvan. We zijn bereikbaar via chat, mail en op de campus: het is belangrijk dat we zo bereikbaar en laagdrempelig mogelijk zijn.”

Van pandemie tot paniek

Digitaal leren is bij uitstek een vakgebied waarin de ontwikkelingen razendsnel gaan. Zo werkten de opdrachthouders tijdens en na de coronapandemie hard mee aan de ontwikkeling van blended learning, een onderwijsvorm die online lessen, zelfstudie en les- en contactmomenten op de campus bundelt. “Zo kunnen derdejaars maximaal de helft van de lessen online volgen, afhankelijk van het vak en de docent”, legt Thibault uit. “Eerstejaars worden dan weer vaker op de campus verwacht, om de band met de hogeschool aan te halen. We merken dat zowel studenten als docenten tevreden zijn met die verhouding: ze beperkt onder meer onnodige verplaatsingen naar de campus.”

Vandaag is er de massale doorbraak van AI-software als Dall-E en ChatGPT. Net als de rest van de samenleving zijn ook onderwijsprofessionals naarstig op zoek naar hoe ze het best met zulke tools omgaan: hoe integreren in de lessen, hoe ingrijpen bij mogelijk plagiaat, hoe de echtheid van content verifiëren …? En ook in het onderwijs lopen de meningen sterk uiteen, van omarmen tot verbieden en alles daartussenin.

Arteveldehogeschool heeft voor studenten en medewerkers alvast een leidraad opgesteld, maar die is de facto nooit af. “We leren ook zelf nog elke dag bij, en net dat maakt het zo boeiend”, besluit Stijn, die de opleidingen op het vlak van AI bijstaat. “Dergelijke tools zijn er om te blijven, en dus stemmen we er onze lessen best zo goed mogelijk op af. AI kan ook de taken van medewerkers verlichten: ChatGPT kan bijvoorbeeld helpen met de inhoudstabel van je cursus of de inleiding van de studentennieuwsbrief.”