Tal van onderzoeken tonen aan dat jongeren tussen 15 en 24 jaar niet goed in hun vel zitten. Slechts een klein deel van de jongeren die psychische problemen ervaren, zoekt effectief hulp. Drempels in de stap naar hulpverlening zijn schaamte, angst voor stigmatisering en gebrek aan geheimhouding. Bovendien zijn er lange wachttijden. De zorg is weinig toegankelijk en de beschikbaarheid van mentale gezondheidsdiensten gericht op adolescenten is ondermaats. Residentiële zorg blijkt - paradoxaal genoeg - voor velen toegankelijker en financieel interessanter dan ambulante zorg. 

In deze studie wordt aan de hand van literatuuronderzoek zowel in kaart gebracht wat de specifieke noden zijn van de jongeren zelf, als wat de actuele doelen zijn van laagdrempelige zorg en hoe deze kan vorm krijgen. Extra aandacht gaat uit naar kwalitatief exploratief onderzoek waarbij de stem van de jongere duidelijk weerklinkt. Vijf thema’s, die door de jongeren werden aangewezen als werkzame factoren van de laagdrempelige voorziening staan daarbij centraal: een rustplek, agency, belonging, identiteit en een plek om zichzelf te (her-, uit-) ‘vinden’. Deze factoren blijken belangrijke pijlers om een initiatief voor jongeren te laten uitgroeien tot een groeiplek. 

Aan de hand van interviews worden de reeds bestaande OverKop-huizen in Vlaanderen en de werking van Homaar, een kleinschalige groeiplek voor jongeren onder de loep genomen en besproken. 

Vervolgens gaat men dieper in op de vraag “Wat maakt nu een plek precies tot een groeiplek?” door een inspirerend en gedragen kader uit te werken waarbij een open aanbod en een vrije atelierwerking een belangrijke plaats innemen. 

Tot slot schuift dit onderzoek de hypothese naar voor dat drie factoren ontzettend belangrijk zijn om tot kwalitatieve drempelverlagende zorg voor jongeren te komen. Een eerste factor is de ‘schaalgrootte’ van het project: inzetten op kleinschaligheid is noodzakelijk. Een tweede essentiële factor: het aangaan van een band met de jongere via creatieve en artistieke media, om jongeren letterlijk en figuurlijk in beweging te krijgen.  

Een derde, voor de jongere of buitenstaander minder zichtbare maar onmisbare factor, is het belang van een gedragen visie, een kadertheorie die de dagelijkse praktijk inspireert en voedt, waar de equipe zich kan op verlaten en die de groeiplek tot leven roept. Men weet niet, men zoekt, om niet vast te roesten in vermeende theoretische en praktische zekerheden en om ieder mens, in zijn ‘anders’- en ‘vreemd’-zijn, gastvrij te onthalen en zo de mogelijkheidsvoorwaarde te scheppen om tot ontmoeting te komen. 

Onderzoeksrealisaties en -publicaties

iemand neemt document op papier door met op de achtergrond een laptop

Artikel

Laagdrempelige zorg voor jongeren.

tijdschrift 1

Folder 

Laagdrempelige zorg voor jongeren.

Maak kennis met het team

Samenwerken met ons?

Vraag onderzoek op maat aan

We helpen je graag met het formuleren van je onderzoeksvraag en -aanpak.